Jaquemijncke van Kloodtwijck

• Birth Notes
  • 
    Jaquemijncke van Kloodtwijck
    
    geboren op zondag 14 november 1649
    
    Vrouw
    geboren op 14 nov 1649
    geboren: * Maijke mijn dochter is door Godes genade ontrent thien uren in den Avondt genadelijck verlost uit Baerensnoodt ende heeft van den Heere een kloeke dochter ontfangen
    gedoopt op 21 nov 1649
    overleden op 16 dec 1649
    begraven Babyloniënbroek
    begraven: - Godt Almachtich heeft haere jonghsten kijndt uijt dese boose wereldt in zijn hemelsche Conninckrijck s'morgens ontrent den seven ure gehaelt.
    getuige: Arie Thijssen uit Wijtwijck, (toets tt voor de tweede getuige) en Janneke mijn dochter voor meter
    Adriaen Goversz van Steenbergen, Jacob Gertsz Hollander stondt in zijn plaetse
    
    B'broek en Hill, NDG dopen en (trouwen) 1610-1737 (Streekarchief Land van Heusden en Altena) Verzameling DTB,n (fol 29r)
    LET OP
    In dit register ontbreken (in het origineel) twee foliobladen; zij bevatten respectievelijk
    15 dopen tussen 19 aug 1640 en 17 nov 1641, en
    19 dopen tussen 8 dec 1645 en 25 nov 1646.
    Bovenaan fol 1r staat:
    Register der kinderen dije
    haren doop ontfanghen hebben
    in de gemeenten van Babylonien
    Broeck ende Hille.
    Bovenaan fol 34r staat:
    Naemen der ghedoopte kinderen, die 't seedert der
    selver dienst hier tot Babilonienbroecl en Hille ghedoopt
    zijn.
    Op fol 47r staat:
    Anno 1694 den eerste December
    Is gestorven Rudolphus Voltelen predicant in B Broeck en Hil, en ben ick sijn soon, Salomon Voltelen, den 7 dito des selven Jaers in sijn plaets beroepen den 12 geapprobeert, en de 10 Julij 1695 bevestight.
    en
    Naemen van die kinderen die bij de vacature van naburige predicanten gedoopt sijn.
    Op fol 47v staat bovenaan voor de inschrijving van 11 September 1695:
    Naemen der gedoopte kinderen die seedert mijnen dienst hier tot Babelonien Broeck en Hille gedoopt sijn. Salomon Voltelen.
    Op fol 52r staat boven de inschrijving van 1 Junij 1704:
    Volgen nu de kinderen die in der kerke van B Brouk gedoopt zijn sedert het overlijden van Do: Salomon Voltelen den 9 Feb 1704 tot de bevestinghe van mij Do: Andries Volders op den 1 Junij 1705.
    Op fol 52v staat bovenaan voor 21 6 1705:
    Namen der kinderen die zedert mijn dienst alhier in de kerke gedoopt zijn . Andreas Volders.
    Op fol 54r staat voor 18 nov 1708:
    Naamen der kinderen die van de naburige predicanten ten tijde van de vacature gedoopt zijn,aengetijkend door mij Carolus van Gils eccles in B Broek en Hille ...... den 5 jan 1710.
    Op fol 54v staat voor 2 maert 1710:
    Namen der kinderen die in mijnen dienst gedoopt zijn.
    Op fol 64v staat na de inschrijving van 6 augustus 1724:
    Op desen dag is mijn suster Maria Cornelia die mij uijt Oostvriesland komende besoeken. Nadat een maend bij mij geweest was en wij den anderen in geen 14 jaeren hadden gesien van een wagen van Twee paarden overreden op den Hil digt bij het huijs van den secretaris Cornelis Stam en voor doot thuijs gebragt dog onder Gods gunste bevonden bij het afwassen van het bloet dat geen beenen of armen waren gebroken alhoewel overal geconcludeert was en ............. waren in het slag van het loop en op het toppunt van het agter..... welke mijn gelieve suster op den 8st September genoegsaem genesen sijnde is vertrokken na Oostvriesland en daer na eenige dagen behouden aengekomen.
    Op fol 72r staat voor 5 december 1734:
    Deze volgende sijn van mij G. Geisweit gedoopt
    
    B'broek en Hill, NDG begraven 1612-1653 (Streekarchief Land van Heusden en Altena) Verzameling DTB,n (fol 11r)
    Op fol 1r staat bovenaan vermeld:
    van het barencleedt van Aerdt Gertsoon van Hagh-oordt aen den Predicant ghegheven om van het ghebruijck der selfve te disponneeren.
    en verder nog:
    Dese Register Boeck van onsen ghemeijnte van Babylonien Broeck ende den Hill beginnende in den Jaere Sestijen hondert ende thien hebbe ick gecocht kost ses ende twijntich stuijvers, twelcke ich niet voldaen ende ben, van de onkosten, omdat ich dije behoude voor mijn ende nacomelinghen tot eener gedachtenisse van mijn kerckelijcke regieringhe
    David de Pijre
    (deze tekst lijkt doorgehaald te zijn)
    en hieronder:
    van het barenkleedt
    de luijden hebben het matich gebruijck verandert sij houden het barenkleedt bij hun drije off vijer daghen daerom hebben wij oock goedt ghevonden, dat sij voor een ijder dach dat sij t gebruijcken sullen geven vijff stuijvers, ende soo zij t maer eenen dach off twee ende gebruijcke thien stuijvers.
    David de Pijre
    op fol 21 r staat:
    mijne kercke register boeck dien ick op den neghentiende dach Junij duijsent ses hondert een end vijfftich bij Jan Wilhemsoon boeckbijnder tot Gorckum ghecocht hebbe, ende op dien dach betaelt vijff guldens.
    Dese registerboeck sal ick met Godes hulpe behouden voor mijn ende voor mijne erfgenamen ande kijnderen.
    
    Ouders:
        Dijrijck Dirixsoon van Kloodtwijck
        Maria Davits du Pire
    
    Bron: Babyloniënbroek en Hill DTB's, 1610-1810
    
    Archief:
    DTB-collectie inventarisnummer Eethen4-5,19,26-27,31-32,36-38
    DTB-collectie